Werk hangt te drogen

Wat is jouw achtergrond?


Ik heb werktuigbouwkunde op de HTS gedaan en toen ben ik technisch tekenaar geworden. Ik wist al op jonge leeftijd dat ik kunstenaar wilde worden, maar dat ging niet in die tijd. Mijn omgeving liet dat niet toe. Ik heb een jaar bij een machinefabriek gewerkt, wetende dat dat mijn beroep niet was, maar ik zat knel. Op een dag kreeg ik op mijn donder omdat ik iets verkeerds had gedaan. Toen besloot ik op dat moment om mijn baan in de machinefabriek op te zeggen en van Tegelen naar Maastricht te vertrekken. En toen kwam ik hier in het kunstenaarsmilieu terecht. Een van die kunstenaars nodigde me uit om naar zijn atelier te komen. Toen ik zijn grote werktafel zag met overal verf en kwasten, wist ik het zeker. Dit is wat ik wil. En uiteindelijk ben ik een paar jaar later naar de academie gegaan. Ik was 31 toen ik van de academie afkwam.

Uiteindelijk heb ik op die academie niet zo gek veel geleerd. Ja tekenen. Schilderen kon ik wel. En vervolgens heb ik er 15 jaar over gedaan om te genezen van de academie. Om kwijt te raken wat me was ingeprent. Als ik mijn werk uit die tijd terug zie, denk ik wat zonde dat er niemand is geweest die tegen me gezegd heeft dat ik eens wat meer naar het grotere geheel moest kijken in plaats van naar al die details. En die me leerde om te durven en te experimenteren.

Wat is je favoriete kunstwerk?
Ik heb geen favoriet kunstwerk. Mijn voorkeur wisselt zoals de seizoenen. En vaak is het zo dat ik maar één bepaald facet van een werk mooi vind. Een vorm. Of het kleurgebruik of weer iets anders. Het zijn altijd maar facetten die me echt fascineren.

Detail van ladenkast met notitie- en schetsboeken

Wat inspireert je?

Ik heb moeite met het woord inspiratie. Het wordt vaak op een voetstuk gezet, maar ik geloof er niet in. Wel in een soort van ingeving. Ik blijf erbij dat je in een soort van constante staat moet zijn als kunstenaar. Dag in dag uit. Je hebt uithoudingsvermogen nodig. Steeds bezig blijven en er geloof aan hechten dat het iets voorstelt wat je doet. Dat het zin heeft.


Waar ben je mee bezig?
Ik ben altijd met vier of vijf dingen tegelijk bezig. Ik doe een uurtje dit en een uurtje dat. Monomaan met één werk bezig zijn doe ik nooit.