Een portret van: Ben Leenen
Ben Leenen
Wie zijn toch eigenlijk al die kunstenaars die via SAM een atelier hebben? Wat doen ze, wat maken ze en wat drijft ze? In de serie Achter de deur van… belicht SAM de komende tijd een aantal van deze creatieve geesten.
Achter de deur van… Ben Leenen (1949), beeldend kunstenaar
Tekst: Liselotte Spoormans
Overal notitieboekjes, schetsen en boeken, veel boeken. Dat is het eerste wat opvalt als ik het ruime atelier van Ben aan de Pastoor Kribsweg op Sint Pieter binnenstap. Menig Maastrichtenaar heeft een werk van hem aan de muur hangen. Uiterst vriendelijk en uiterst bedachtzaam komt Ben op mij over. Zeer voorkomend ook. En met gevoel voor humor.
Wie ben je en wat doe je?
Ik ben schilder, graficus en assemblage- en mailartist. Alle vier deze aspecten zijn even belangrijk. Mijn werk is vrij figuratief. Met mailartist bedoel ik dat ik veel poststukken maak en post als kunst beschouw. Ik maak veel briefkaarten en postobjecten, en dat kan extreme vormen aannemen. Ik heb bijvoorbeeld een poststuk gemaakt dat een ballon is met een label eraan en daar staat airmail op. En die blaas ik dan ’s nachts bij iemand in de brievenbus. Maar vaak zijn het ook klassieke geschriften.
Het zijn verschillende disciplines maar al mijn werk heeft met elkaar te maken. En meestal is het uit het leven gegrepen. Ik ga graag op reis met mijn notitieboekjes. Ook in eigen stad, steeds vaker eigenlijk. Dingen die ik zie, die me opvallen, een tekst, vaak zijn het details. En daar maak ik dan notities en schetsen van die ik later, al dan niet, uitwerk. Als je met een bepaalde gevoeligheid en een open geest ergens loopt dan gaan dingen je opvallen. Je moet jezelf er wel in trainen en je moet het toelaten. Dat kan van alles zijn, bijvoorbeeld hoe een haag geknipt is.
Ik heb 15 jaar door onzin geploeterd, mijn tijd verdaan
De werkruimte van Ben
Hoe ga je te werk?
Een constante is erg belangrijk. Ik ben echt een werkpaard, ik werk van ‘s ochtends tot ‘s avonds. Niet altijd fysiek, maar alles wat ik doe en zie is kunst. Ik lees veel. De hele dag door maak ik notities en schetsen. Schilderen doe ik in de avond. Dan weet ik dat de eerste paar uren er niet echt toe doen. Na een tijd komt er een vermoeidheid op die me minder kritisch, minder rationeel maakt en dan gebeuren vaak de mooiste dingen. In een kwartier tijd valt iets op zijn plek en dan is een doek af.
Eigenlijk heb ik 15 jaar van mijn leven verprutst. Vroeger liep ik ergens en maakte ik overal notities en schetsen van. Van ieder detail van een landschap bijvoorbeeld. Achteraf gezien is dat zonde van mijn tijd geweest. Dat is natuurlijk niet echt zo omdat het een leerschool was. Maar ik denk nu: wat een onzin dat ik alles tot in de kleinste details noteerde. En maakte ik schilderijen die ja, laat ik zeggen acceptabel zijn. Maar eigenlijk was het modder. Ik heb 15 jaar door onzin geploeterd en nu weet ik het. Nu weet ik wat het eigenlijk moet zijn. Maar wellicht is dat ook een illusie en kan ik straks nog eenvoudiger gaan werken. En dat maakt het kunstenaarschap ook spannend.
Van de machinefabriek in Tegelen naar de kunstenaarsscene in Maastricht
Werk hangt te drogen
Wat is jouw achtergrond?
Ik heb werktuigbouwkunde op de HTS gedaan en toen ben ik technisch tekenaar geworden. Ik wist al op jonge leeftijd dat ik kunstenaar wilde worden, maar dat ging niet in die tijd. Mijn omgeving liet dat niet toe. Ik heb een jaar bij een machinefabriek gewerkt, wetende dat dat mijn beroep niet was, maar ik zat knel. Op een dag kreeg ik op mijn donder omdat ik iets verkeerds had gedaan. Toen besloot ik op dat moment om mijn baan in de machinefabriek op te zeggen en van Tegelen naar Maastricht te vertrekken. En toen kwam ik hier in het kunstenaarsmilieu terecht. Een van die kunstenaars nodigde me uit om naar zijn atelier te komen. Toen ik zijn grote werktafel zag met overal verf en kwasten, wist ik het zeker. Dit is wat ik wil. En uiteindelijk ben ik een paar jaar later naar de academie gegaan. Ik was 31 toen ik van de academie afkwam.
Uiteindelijk heb ik op die academie niet zo gek veel geleerd. Ja tekenen. Schilderen kon ik wel. En vervolgens heb ik er 15 jaar over gedaan om te genezen van de academie. Om kwijt te raken wat me was ingeprent. Als ik mijn werk uit die tijd terug zie, denk ik wat zonde dat er niemand is geweest die tegen me gezegd heeft dat ik eens wat meer naar het grotere geheel moest kijken in plaats van naar al die details. En die me leerde om te durven en te experimenteren.
Wat is je favoriete kunstwerk?
Ik heb geen favoriet kunstwerk. Mijn voorkeur wisselt zoals de seizoenen. En vaak is het zo dat ik maar één bepaald facet van een werk mooi vind. Een vorm. Of het kleurgebruik of weer iets anders. Het zijn altijd maar facetten die me echt fascineren.
Detail van ladenkast met notitie- en schetsboeken
Wat inspireert je?
Ik heb moeite met het woord inspiratie. Het wordt vaak op een voetstuk gezet, maar ik geloof er niet in. Wel in een soort van ingeving. Ik blijf erbij dat je in een soort van constante staat moet zijn als kunstenaar. Dag in dag uit. Je hebt uithoudingsvermogen nodig. Steeds bezig blijven en er geloof aan hechten dat het iets voorstelt wat je doet. Dat het zin heeft.
Waar ben je mee bezig?
Ik ben altijd met vier of vijf dingen tegelijk bezig. Ik doe een uurtje dit en een uurtje dat. Monomaan met één werk bezig zijn doe ik nooit.
Morgen kan alles weer anders zijn
Pers
Wat is je droomproject?
De dingen die ik nu maak, zijn zoals ik ze wil hebben. Er zijn weinig missers. Dus eigenlijk is de droom al bezig. Mijn werkzame leven zoals het nu is, is mijn droomproject. Ik heb die tafel met die kwasten en de verf die ik vroeger wilde hebben. En ik durf. Ik durf te experimenteren. Ik durf iets anders te doen. Ik durf het voorspelbare terug te dringen. En ik durf toevalligheden toe te laten.
En ach, als we morgen dit gesprek opnieuw hebben zeg ik misschien weer iets anders. (lacht uitbundig, en nog harder op het moment dat de schrijver van dit stuk opmerkt dat ze daar heel blij mee is, red.)
Wat is je meest belangrijke gereedschap, waar kun je echt niet zonder?
Mijn potloden en pennen. En mijn boeken.
Een godsgeschenk
Werk
Wat is het beste advies dat je ooit gekregen hebt?
Ik heb een non-verbaal advies gekregen en dat was wat ik je vertelde over dat beeld wat ik zag in dat atelier waar ik was uitgenodigd toen ik jong was. Die tafel. Overal verf en kwasten. Op dat moment adviseerde die kunstenaar mij zonder woorden om kunstschilder te worden.
Tot slot, wat betekent SAM voor jou?
Een godsgeschenk. Een prachtig atelier, fijne collega’s om mij heen, een tuin. Ik heb moeilijke dingen in mijn leven meegemaakt en zonder deze plek was ik onderuit gegaan. Zeker weten.